Kogelstoten, speerwerpen en discuswerpen kennen de meeste mensen wel, maar heb je ook al eens gehoord van vortexwerpen?

Kogelstoten

Bij kogelstoten heeft de atleet als doel een zware kogel zover mogelijk weg te stoten. Dit vindt plaats vanuit een cirkel welke wordt begrenst door een witte stootbalk. Bij het kogelstoten zijn er drie verschillende stoottechnieken mogelijk. Bij alle technieken wordt de kogel op de vinger in de nek gelegd alvorens deze weg te stoten.

• Standstoot
• Aanglijden
• Draaitechniek

Balwerpen

Deze tak binnen de atletiek wordt enkel door de allerjongsten tot en met 11 jaar uitgevoerd. De reden hiervan is omdat speerwerpen voor hen simpelweg nog te gevaarlijk is. Na een aanloop is het de bedoeling de bal zover mogelijk weg te werpen, waarbij de atleet achter de afwerplijn dient te blijven. De bal dient vervolgens terecht te komen binnen de lijnen van het veld.

Vortexwerpen

Het vortexwerpen is een vervanging voor het balwerpen en wordt beoefend door pupillen c en b. De vortex bal is een speervormige, massieve bal gemaakt van schuim. Dit maakt het voor jonge atleten veilig om mee te gooien.

Discuswerpen

Bij deze atletiekdiscipline wordt een lensvormige discus zover mogelijk weggeslingerd. Heren gooien een discus met een doorsnede van 220 millimeter en een massa van 2 kilo, dames gooien met een discus van 181 millimeter doorsnede en 1 kilo in gewicht.

Speerwerpen

De atleet probeert na een aanloopje de speer zover mogelijk weg te werpen, waarbij de speer in een vrij smalle sector dient te landen. Overigens moet de punt van de speer als eerste onderdeel de grond raken.

Kogelslingeren

Dit onderdeel wordt ook wel hamerslingeren genoemd. De atleet moet een kogel waaraan een staalkabel en een handvat bevestigd zijn zover mogelijk wegslingeren.

Gewichtwerpen

Bij gewichtwerpen heeft de atleet als doel een zware metalen bol met een gewicht van 25,4 kilo zover mogelijk of zo hoog mogelijk te werpen.